‘Dit keer wil ik een hands off bevalling’

Anna Myrte
  | 
22 april 2024

‘Mijn eerste bevalling verloopt precies zoals ik wil, totdat de verloskundige binnenkomt. Op dat moment heb ik persdrang en negen centimeter ontsluiting. Niet wetende wat dit betekent voor de uitdrijving en niet in staat om hiernaar te vragen, volg ik de instructies van de verloskundige op om mijn persweeën weg te puffen. Nadat ik mezelf een half uur tegen de kracht van mijn lichaam moet verzetten en eindelijk volledige ontsluiting heb, ben ik kapot en in de war. Mijn bevalbubbel is gebroken en mijn weeën zwakken af. Het lukt me niet om op eigen kracht mijn zoon eruit te krijgen. 

Anderhalf uur later wordt hij geboren nadat ik een katheter en knip heb gehad. Ik krijg een oxytocine injectie en de navelstreng wordt na acht minuten doorgeknipt, maar het gaat allemaal langs me heen want ik ben uitgeput. 

Ik ben dolgelukkig met zoon Waylon en heb een goed gevoel bij de bevalling. Ik was immers thuis bevallen en na de woorden ‘je mag nog vijf minuten persen en anders bel ik de ambulance’ voelde dat als een overwinning.

Echter, naarmate de tijd verstrijkt, begint het te knagen: Wat als ik naar mijn lichaam had geluisterd in plaats van naar de verloskundige? Ook lichamelijk houd ik er schade aan over: Bekkenklachten en nu, bijna twee jaar later, heb ik nog steeds last van het litteken van de knip. Mede doordat het scheef is gehecht. 

Tijdens mijn tweede zwangerschap merk ik nog meer dat mijn bevalling meer heeft achtergelaten dan ik dacht, dus verdiep ik mij verder in hands off en unassisted bevallen. Ik wil het helemaal alleen kunnen, met de steun van mijn man. Mijn geboorteplan blijft hetzelfde, behalve dat ik hands off wil bevallen. Niet toucheren, want ik wil mijn lichaam volgen. Geen aanwijzingen, want ik wil doen wat ik wil doen. Ik lees veel mooie bevalverhalen en bekijk filmpjes van vrouwen die op eigen kracht bevallen. Ik neem het in me op, maar besluit ook om het straks, tijdens mijn bevalling, allemaal los te laten en te doen wat op dat moment goed voelt. Ik heb veel vertrouwen in dat het dit keer wel gaat lukken. Zoveel vertrouwen dat ik het onnodig vind om een vluchtkoffer te pakken. Ik ga hoe dan ook niet naar een ziekenhuis. 

Als ik ‘s ochtends opsta met 39 weken en 6 dagen, weet ik het meteen: Vanavond en vannacht gaat het gebeuren. Ik voel het aan alles. Waylon en ik hebben een fijne dag, waarbij we genieten van het samenzijn. We maken nog een wandeling met z’n allen, want dit is de laatste keer dat ik voorlopig naar buiten kan. Als de buurman vraagt hoe lang ik nog moet, antwoordt mijn man Daan met ‘morgen komt hij’. Het voelt raar om zoiets zeker te weten, maar we weten het gewoon. 

In de avond vraag ik Daan om Waylon op bed te leggen, zodat ik mij even kan voorbereiden. Als ze een kwartiertje boven zijn, voel ik de eerste wee. Yes, het is begonnen. Als Daan beneden komt, deel ik het nieuws met hem en gaat hij meteen aan de slag met het bad. Hij vraagt zich af of we Waylon moeten laten ophalen, maar ik ben duidelijk: ‘Hij slaapt er wel doorheen.’

Ik steek kaarsjes en wierook aan en leg mijn affirmatiekaarten op tafel. Ik was mijn gezicht, poets mijn tanden en trek lekkere kleren aan. Ook smudge ik de kamer waar het bevalbad staat. 

Alles is er klaar voor, behalve ik. Ik wil het liefst slapen en heb eigenlijk helemaal geen zin in een bevalling. In plaats van dat ik in beweging blijf, wat beter is, besluit ik te luisteren naar wat ik wil en dat is op de bank liggen. Om elf uur neem ik een douche in de hoop dat het wat meer op gang komt, maar er verandert niets. De twijfel slaat toe: Zou het dan toch niet vannacht gebeuren? Maar de nacht is nog lang en het kan lang gaan duren, dus we besluiten naar bed te gaan om nog wat rust te pakken. 

Tussen de weeën door rust ik lekker, totdat ik ineens zo’n pijnlijke wee krijg dat ik niet in bed kan blijven liggen. Het voelt als de laatste centimeters, maar dat kan niet, dus het zal wel zo zijn dat de pijnstillende hormonen nog op gang moeten komen, denk ik. Even later volgt weer zo’n pijnlijke wee, dus ik ga timen. Er zit geen regelmaat in: Een wee van anderhalve minuut, zes minuten niets, een wee van 45 seconden, twee minuten niets. Na weer een pijnlijke wee maak ik Daan wakker en zeg dat we naar beneden moeten gaan omdat ik het niet meer uithoud in bed. Het is inmiddels bijna twee uur. 

Beneden aangekomen worden de weeën nog heftiger en Daan gaat timen. Ik zeg hem nog dat er geen regelmaat in zit, maar hij komt snel tot de conclusie dat we de verloskundige moeten bellen, want de pauzes tussen de weeën verschillen dan wel, maar duren allemaal minder dan vijf minuten. Het is 2.10 uur als hij belt. Ze komt zo snel mogelijk. Ik kan de weeën niet meer opvangen met mijn adem, dus ik stap over naar de ‘Jaaaaaa’s’. Ik hang over mijn bevalbal en probeer de weeën op te vangen, maar ze zijn sterk. 

Nog geen vijf minuten later krijg ik persdrang. Ergens voelt het ongeloofwaardig dat het zo snel gaat, maar ik zit inmiddels in een pure instinctieve modus en sta er niet lang bij stil. Ik móet in bad, dus met persweeën strompel ik naar boven. Halverwege de trap stop ik om een wee op te vangen met gescheld en jaaaaaa’s. Boven aangekomen duik ik zowat het bad in. Ik heb het gehaald. Omdat de verloskundige er nog niet is, besluit ik te voelen hoe ver hij is. Iets wat ik bij Waylon’s geboorte niet durfde. Ik zit op een voet en een knie, zodat ik er goed bij kan. Ik voel de vruchtzak. Vreemd en tegelijkertijd heel bijzonder om dit zo te voelen. 

De volgende wee. Ik pas de geboorteademhaling toe (een ademhalingsvorm, waarbij je de baby naar beneden ademt in plaats van perst). Het voelt goed om precies te doen wat ik wil doen. Ik voel weer: haartjes. Wat heeft hij veel haar, denk ik nog. Met mijn andere hand knijp ik in Daan’s handen. Hij moedigt me op een zachte manier aan en ondanks de toch wel hectische situatie is hij rustig en vertrouwt hij mij volledig. 

De volgende wee. Ik voel het hoofdje tegen de rand aan: het hoofdje staat. ‘Hij is er bijna’, zeg ik en Daan belt de verloskundige. Ze is er over twee minuten. ‘Het gaat altijd goed als het zo snel gaat’, zegt ze over de speaker. ‘Niet de deur komen openmaken als ze een wee heeft’, instrueert ze Daan. ‘Blijf bij haar.’

Ik zou het fijn vinden als ze het haalt, maar ik ben volledig in control en maak me geen zorgen. Ik maak alles heel bewust mee. Ik doseer de perskracht met mijn ademhaling, zodat ik het gevoel dat ik heb kan behouden. 

De verloskundige komt binnen. Ze gaat op een afstandje van het bad zitten en zegt alleen maar dat ik het goed doe en zo door mag gaan. 

De volgende wee. Een stukje van het hoofdje komt eruit en ik pers een beetje mee zodat het helemaal eruit komt. Ik heb het hoofdje van mijn zoontje in mijn handen. Het voelt onwerkelijk. Ik geniet van het moment. De stilte tussen de weeën. Ik hoef nu nog maar één wee te krijgen en dan is hij er. 

De volgende wee. Voorzichtig pers ik wat mee en ik voel hem volledig geboren worden: Zijn schouders, zijn billen, zijn benen en dan zijn voetjes. Ik pak hem vast. Hij ligt heerlijk relaxt in het water. De rust straalt van hem af. Helemaal sereen. Hij doet even zijn oogjes open en Daan en ik kijken elkaar aan: We hebben het weer gedaan. Voor mijn gevoel kijken we een kwartier naar hem terwijl hij nog onder water is, maar in werkelijkheid is het een minuut. De tijd staat even stil. Gelukkig denkt de verloskundige eraan om foto’s te maken. Ik haal hem boven water en leg hem tegen me aan. Onze zoon Declan wordt om 2.33 uur geboren, vier minuten nadat de verloskundige binnenkwam. 

Een kwartiertje later wordt Waylon wakker en hij komt even kijken naar zijn broertje. Fijn dat hij thuis is. Declan ligt aan mijn borst en de placenta wordt geboren. 

Pas na anderhalf uur, als we inmiddels naar het bed zijn verhuisd, knipt Daan de navelstreng door. Een halve lotusgeboorte, zoals ik graag wilde. Ik heb een scheurtje, maar wil niet gehecht worden vanwege de slechte ervaring. Ik gebruik kruiden om het te laten helen en vertrouw wederom op mijn lichaam dat ook dit zonder hulp kan. Niet hechten past ook mooi bij het hands off principe in mijn ogen. 

Mijn bevalling was perfect. Was het precies zoals ik me had voorgesteld? Nee, want er was geen tijd om muziek aan te zetten en kaarsjes aan te steken. De grote lamp stond aan. De intieme sfeer die ik graag wilde, was er niet, maar heb ik gelukkig met Waylon’s geboorte meegemaakt. Dit keer ging het veel te snel om in die rustgevende bubbel te komen. Maar het ging precies zoals ik wilde: Ik heb volledig naar mijn lichaam geluisterd en precies gedaan wat op dat moment goed voelde. En dat ook nog eens allemaal op de uitgerekende datum, een mooi toeval. 

Het was een helende ervaring. Maar het was niet zo mooi geweest als ik niet de ervaring had gehad die ik bij Waylon’s geboorte heb opgedaan. Het heeft gewoon zo moeten zijn.’

Evelien

Artikel uit de categorie:
vrije geboorteverhalen

0 Reacties op "'Dit keer wil ik een hands off bevalling'"

Geef een reactie op dit artikel

© 2024 Vrije Geboorte